Autisten hebben geen empathie

‘Pets’ met de snelheid van het licht haalt hij uit, een klap recht in het gezicht van zijn tante. Wij zitten met de hele familie rond de keukentafel, iedereen valt stil. Tante herstelt zich razendsnel en zegt Ben rustig gedag. Ik begrijp er niets van, Ben is zo dol op zijn tante. Wij besteden verder geen aandacht aan het voorval maar is dat wel de juiste reactie?

Een paar dagen eerder las ik een artikel over nieuwe wetenschappelijke inzichten. Men ging er altijd van-uit dat autisten moeite hebben met sociaal contact omdat ze geen empathie voelen. Ze zouden een brein hebben, dat niet gericht is op het invoelen van emoties, maar op het doorgronden van systemen. Ik heb altijd moeite gehad met die theorie en vermoedde dat het bij Benjamin wel eens andersom zou kunnen zijn. Ik was dan ook blij te lezen dat onderzoek een ander beeld laat zien: autisten blijken op onbewust niveau juist overgevoelig te zijn voor de emoties van anderen. En dat verklaart een hoop.

Tante zit al een tijdje niet goed in haar vel, zij lijdt zichtbaar onder een huwelijkscrisis. Met haar kinderen heeft zij de zomervakantie bij ons doorgebracht. De hele familie leefde met haar mee maar in het bijzijn van Ben hebben wij het onderwerp zorgvuldig vermeden. Ik ging ervan uit dat hij er niet zoveel mee kon. Maar ik had beter moeten weten. Als het niet goed gaat met iemand, heeft Ben het juist in de gaten. Ik kan mij nog goed herinneren dat zijn juf op de basisschool vertelde dat als zij hoofdpijn heeft, Benjamin de enige is van al haar 30 leerlingen die vraagt of zij ziek is. En die keer dan dat tante met hem werkte in zijn speelkamer. Ik keek door het observatieraam en zag dat hij haar steeds zachtjes aan haar haren trok of in haar gezicht keep. Zij negeerde dat. Toen zij klaar was met haar sessie hadden wij het gebruikelijke feedback gesprek. Ik vroeg haar of zij gemerkt had dat hij steeds aan haar plukte. Ja, dat had zij gemerkt maar een van de uitgangspunten van het programma was toch juist probleemgedrag te negeren met als doel het niet te versterken? Dat was inderdaad zo, maar ik vermoedde dat hier toch iets anders aan de hand was. Toen ik vroeg hoe het met haar ging sprongen de tranen sprongen in haar ogen. Zij had slecht geslapen, ruzie met haar vriendje. Vanaf die tijd moedigde ik iedereen die met Ben in de kamer werkte aan zo transparant mogelijk te zijn.

Een paar dagen na het incident zit Ben naast mij in de auto. Luidkeels zingt hij mee met Andre Hazes. Ik vertel hem dat ik iets met hem moet bespreken. Hij zet direct de muziek zacht en is een en al oor. Ik ver-tel hem dat tante en oom ruzie hebben en niet meer bij elkaar wonen. Hij denkt even na en zegt na een diepe zucht: “O, nu begrijp ik het, daarom is zij verdrietig”. En ik begreep hem ook weer.

Vorige
Vorige

Afscheid nemen

Volgende
Volgende

Barmhartigheid, ons nieuwe normaal